Dit is een cruciale wedstrijd voor ons seizoen


Na twee weken geleden uitgebreid met trainer Igor te hebben gezeten, is het nu de beurt aan twee spelers. Mauro Miguel Paulo en Daan Vis (beiden 22 jaar) zijn aan hun vierde seizoen bezig voor het vlaggenschip van de zondag. Hoe gaat het met de ploeg dit seizoen, hoe is de sfeer, waarom loopt het thuis nog niet en wat vinden de jongens eigenlijk van elkaar? U leest het hieronder.

Twee weken geleden zat ik toch iets anders tegenover Igor, dan dat ik nu tegenover jullie zit. Gefeliciteerd nog met de zege op APWC. Lekker he?
Mauro: Ja. Zeker lekker. Vooral omdat we na een kwartier met 10 man stonden. Nou, ik kan je zeggen dat mijn spierpijn inmiddels een beetje weg is, maar we hebben echt 130% gegeven. Het was een hele fijne wedstrijd om te winnen. Er komt bij dit soort wedstrijden voor een aantal jongens ook gewoon net dat extra beetje extra’s bij.
Daan: Misschien komt er inderdaad iets meer vrij dan tegen een reguliere tegenstander die wat minder bekend is. Misschien dat je dan onbewust toch harder werkt dan normaal. Dat zou niet moeten eigenlijk.
Mauro: Het is gek bij ons. We pakken de punten tegen de top-4. Alles daaronder laten we vaak punten liggen. Je ziet daarin wel een soort van lijn bij ons, de laatste jaren. Dat we moeite hebben met punten pakken tegen de ploegen waar we van moeten winnen, is steeds zo. Ik hoop dat die knop nu echt om is bij ons. We zijn terug naar de basis. Ik heb wel vertrouwen dat we die ‘klik’ nu kunnen maken. Dat uitspreken is natuurlijk makkelijk, we moeten het maar een keer laten zien.

Terug naar de basis?
Mauro: We zijn het seizoen met 18 spelers begonnen, daar zijn er nu nog 15 van over. Thom heeft helaas noodgedwongen moeten stoppen en de andere twee spelers zijn er om disciplinaire redenen uitgegaan. Het moeten stoppen van Thom heeft ons het besef gegeven dat we moeten genieten van wat we nu hebben. Dit kan namelijk iedereen overkomen. Dat hebben we ook tegen elkaar gezegd. Het vertrek van de andere twee jongens, niks ten nadele van hen, was omdat er geen klik was met de groep. Dus moesten er knopen worden doorgehakt. Nu merk je dat het team wat er altijd met elkaar heeft gestaan, er weer staat. Dat is die basis.
Daan: Het is jammer, want die jongens waren voetballend misschien wel de betere van de groep. Goede techniek en balbehandeling, maar het paste niet binnen de groep. Dat is natuurlijk hartstikke jammer, want aan het begin van het seizoen hoop je gewoon dat het werkt. Daarom denk ik ook dat het een moeilijk besluit is geweest toen bleek dat het niet werkte. Een knappe beslissing ook, want je weet dat je dan twee jongens wegstuurt terwijl je ook te maken hebt met veel blessures en een krappe groep. Toch denk ik dat het een goede keuze is geweest. We krijgen van heel veel kanten steun als we spelers nodig hebben. We waarderen het ontzettend dat het 2e, 3e, 4e zo bereid zijn om ons te helpen. Ook vanuit de jeugd trouwens, met afgelopen zondag Denilson die meedeed. Dat vinden we echt top. Een aantal jongens uit het 2e traint nu ook extra mee op dinsdag, dat geeft de groep nog wat extra volume.

Is de onrust in de groep dan de voornaamste reden voor een aantal hele slechte wedstrijden die jullie hebben gespeeld, met Waterwijk bij mij als meest in het oog springende pot?
Daan: Ik denk dat er een aantal wedstrijden zijn geweest waarin er gewoon teveel frustraties waren. De neuzen stonden niet allemaal dezelfde kant op om als team goed te presteren. Misschien hield je er dan per wedstrijd vijf over die vrij in hun hoofd konden voetballen. Dan wordt het lastig.
Mauro: Als je naar die wedstrijd tegen Waterwijk kijkt, dan liepen wij daar gewoon verdwaald rond. Kijk je dan naar afgelopen zondag, dan hebben we elkaar daar van te voren diep in de ogen aangekeken en gezegd: Vandaag gaan we hoe dan ook niet verliezen. Wij moeten ons heel bewust zijn van wat wij wel en wat wij niet kunnen. Dat zie je ook vaak als we een paar keer winnen. Dan gaat het in de koppies zitten dat het lekker loopt. Je raakt afgeleid en andere dingen worden belangrijk, want het loopt goed. Juist dan gaat het fout. Wij moeten elke wedstrijd eigenlijk op nul beginnen en een bepaald basisniveau halen. Daarvoor heb je gewoon elke zondag als je opstaat een prettig gevoel nodig. Het idee: Vandaag heb ik er echt zin in. We gaan knallen en vlammen. Als iedereen met dat gevoel naar het sportpark komt, dan kunnen we heel veel.
Daan: Dat gevoel moeten we ook kunnen oproepen tegen clubs waar we persoonlijk misschien een mindere band mee hebben. Tegen een Waterwijk, Vreeswijk zondag, AS ’80 en ook tegen een Wasmeer waar we ook echt slecht speelden. Als we dat gevoel kunnen opwekken tegen die teams dan ga je constanter, gepassioneerder en met meer beleving voetballen.
Als je dan bijvoorbeeld zo’n wedstrijd als tegen Waterwijk zit te kijken, dan snap ik dat het publiek ook bij zichzelf denkt …
Mauro: Het rare is, wij staan daar op het veld en het is minstens zo erg voor ons. Jij ziet het vanaf de tribune en dat voelt vervelend. Wij staan in het veld, zien en voelen het gebeuren en we krijgen het niet voor elkaar om er iets aan te doen.

Igor zei: We missen een leider en hebben ook geen gemaakte leider. Is het antwoord op dat ‘probleem’ dus dat je het moet zoeken in het teamgevoel dat er tegen VVZA en APWC was?
Daan: Absoluut. Dat besef moet nu dus ook komen. En als het er niet is tijdens een wedstrijd moeten we dat ergens vandaan halen. Dan moeten er jongens opstaan die kunnen zeggen: ‘We zakken weg’ of ‘we halen ons niveau niet, kom op!’. Dat moet van de jongens in het veld zelf komen.
Mauro: Het gebeurt nog te weinig, maar je merkt wel dat jongens het proberen. Daar groeien we in.

Toch zie je dat de thuiswedstrijden (dat is ook een tendens van de laatste jaren) vaak ondermaats zijn. Hoe kan dat?
Mauro: Ja klopt. Weetje, de jongens willen zo graag dat er op een of andere manier een bepaalde onnodige druk bij komt kijken. Het voelt niet perse zo, maar het lukt niet en je voelt je er niet lekker bij. Dat is toch een vorm van druk. Als je het thuispubliek zo graag wat moois wilt laten zien en het komt er niet uit, dan gaat het juist tegen je werken.
Daan: Het hoort niet zo te zijn dat je in uitwedstrijden vrijer voetbalt. Terwijl dat nu wel af en toe zo lijkt. Misschien willen we inderdaad te graag. Maar het blijft ook zo dat we een jonge groep hebben.

Mauro groot.png

Mauro Miguel Paulo

Leggen wij daar dan van buitenaf teveel nadruk op?
Daan: Nee.
Mauro: Nee, die druk geven we onszelf mee omdat we zo graag willen. Als wij die knop kunnen omzetten dat we gewoon ons ding gaan doen, kan het thuis ook gaan lopen. Want het klopt, onze betere wedstrijden zijn vaak uit. Daar pakken we ook de meeste punten.
Daan: Het publiek is juist geweldig. Wij zijn ontzettend blij dat, ook na wat er afgelopen voorjaar is gebeurd, het publiek steeds nog komt kijken. Zelfs tegen VVZA, toen het echt verschrikkelijk weer was, zat de tribune nog halfvol. Daar zijn wij heel erg dankbaar voor.
Mauro: Je kan veel zeggen, maar de support die wij krijgen is eigenlijk ongekend. Het voetbal is vaak niet goed en we scoren heel weinig, dus dan heb ik er echt respect voor dat mensen nog komen. Dat de hele zondag commissie al jaren doet wat ze doen en iedereen die zijn of haar nek uitsteekt voor ons en interesse in ons blijven tonen, is meer dan één bedankje waard. Wij moeten het vertrouwen dat wij altijd krijgen, gaan terugbetalen. Dat is ook één van onze belangrijkste doelstellingen voor de tweede seizoenshelft.

Igor zei: Als we één van de wedstrijden tegen VVZA of APWC kunnen winnen, dan geef je het seizoen hopelijk een soort kickstart. Als ik jullie echter zo hoor, denk ik dat deze wedstrijd misschien nog wel belangrijker is. Klopt dat?
Daan: Ik denk dat de afgelopen twee wedstrijden heel fijn waren en goed voor het vertrouwen, maar tegen deze tegenstanders van de laatste twee weken heeft het probleem nooit gezeten. Juist in de wedstrijden tegen onbekendere ploegen en tegenstanders die om ons heen staan, moeten we het doen.
Mauro: Juist in zo’n wedstrijd als tegen Vreeswijk moeten wij ons vertrouwen echt gaan winnen. Dit is een cruciale wedstrijd voor ons seizoen. Win je hem, dan neem je een beetje afstand van onderen en kun je tegen elkaar zeggen: Kijk, dit is wat we elke wedstrijd moeten brengen. Maar verlies je deze, kom je weer op een schommel waarop je denkt: Wat is dit nou? Dan blijf je in onzekerheid. Dat willen we niet.

Zijn jullie het met de trainer eens dat jullie tussen plek 5 en plek 8 in de competitie thuishoort?
Mauro: Minstens. Op basis van wat wij met inzet kunnen brengen absoluut. Zoals ik eerder al zei: zondag speelden we na een kwartier met 10 man. Daar hebben echt zoveel gegeven, iedereen. Als we dat nou eens elke wedstrijd zouden kunnen brengen. In dit team zit ook echt wel veerkracht. Veel jongens kennen elkaar langer. Het komt er niet altijd uit, maar het puzzelblok moet in elkaar vallen. Als de échte wil er is om ten koste van alles te winnen, kunnen we ver komen.
Daan: Ik denk dat wij het niet moeten hebben van individuele kwaliteit, maar van het collectief. Dat is eigenlijk al jaren zo bij ons, omdat we elkaar al best lang kennen. We zijn ook vrienden. We moeten het samen doen, zoals tegen APWC.

Jullie zitten al een behoorlijke tijd bij Roda (Daan acht, Mauro zes jaar). Waarom is dit zo’n leuke club?
Daan: Ik heb me vanaf moment één thuis gevoeld. De club heeft altijd een open houding gehad. Toen ik hier in de B-jeugd kwam, werd ik met open armen ontvangen door de groep ook. Ik kan me voorstellen dat dit bij andere clubs soms niet zo makkelijk gaat. Dat je je echt in een ploeg moet knokken op voetballend en sociaal gebied. Dat was bij Roda niet. Ik heb hier altijd lekker in mijn vel gezeten.
Mauro: We hebben zeker in dit team echt wel een band met elkaar. Ik kwam in een wat ander team dan Daan terecht. Hij had veel jongens uit Leusden in het team, uit de buurt in ieder geval. In de A1 bij Koen Janssen kwam het neer op een vreemdelingenlegioen. Veel jongens uit Amsterdam en uit Almere. Natuurlijk word je daar op den duur ook wel echt een groep, maar ik kan niet zeggen dat ik toen hetzelfde gevoel had als wat ik heb met deze groep. Dat was een voetbalteam, dit is een vriendenteam dat op prestatieniveau voetbalt. Roda is, wat Daan al zegt, gewoon een open club. Als je jezelf eenmaal hebt genesteld, dan kom je er ook niet zo makkelijk weg. Ik weet hier wat ik heb. Dat laat je niet zo snel achter, dat koester je. Je Roda hart gaat toch kloppen.

 Daan groot.png

Daan Vis

De zondag zou ook gaan opleiden voor de zaterdag. Dan zou je vanuit de A eerst naar de zondag gaan om ervaring op te doen, alvorens dan naar de zaterdag te gaan. Mauro, jij was iemand die zo’n traject zou gaan doen in eerste instantie. Hoe sta je daar nu in?

Mauro: Ik heb daar destijds met Koen wel over gesproken. De bedoeling was twee jaar zondag en dan naar zaterdag. Dat klonk allemaal mooi. Het was ook in de basis de reden dat ik naar de zondag ging. Ik wist wel dat ik bij leuke gasten terecht zou komen omdat ik veel jongens uit de A2 al wel kende. Met uitzicht op de zaterdag was 1 + 1 dus 2. Als ik nu terugkijk is de reden waarom ik ben gegaan iets waar ik spijt van heb, maar ik heb zeker geen spijt dát ik ben gegaan. Ik heb vrienden gemaakt en banden gekregen waar ik heel dankbaar voor ben. Kijk je naar dat hele plan, dan is daar weinig van terecht gekomen. Ik heb daar wel even mee gezeten. Dat kon je misschien ook wel terugzien aan mijn spel.
Daan: Zo’n plan is natuurlijk ook moeilijk te verwezenlijken. Als je eenmaal ergens bij een team speelt, bouw je ook een band op en raak je echt betrokken bij de zondagtak. Ik kan me goed voorstellen dat je zegt: Ik heb het heel gezellig hier en hier ken ik iedereen inmiddels goed. Dat je dan niet zo snel meer weggaat.
Mauro: Deze winter is die band natuurlijk alleen nog maar sterker geworden. Zeker met de groep die nu nog is overgebleven. In Valkenburg tijdens dat trainingsweekend is echt wat afgejankt. Er wordt weinig gejankt in een voetbalteam, maar daar is echt flink gejankt. Alles kwam los omdat we ons echt slecht behandeld voelde. Dat is iets, daar had je bij moeten zijn en had je meegemaakt moeten hebben om dat goed te kunnen snappen. Zoiets heb ik ook nog niet eerder meegemaakt.
Daan: Dat weekend was echt wel bijzonder ja. Absoluut.

Hoe staan jullie tegenover Igor?
Daan: Positief. Ik moet zeggen dat ik het heel knap vind dat hij de pittige beslissingen van de afgelopen weken genomen heeft. Als trainer is hij lachen en hij doet erg fanatiek mee met de training.
Mauro: Als je Igor ziet lijkt het een serieuze man, maar als je met hem gaat praten is het een open persoon. Het is makkelijk om met hem in gesprek te gaan. Als je tijdens een training kijkt hoe hij meedoet met de vormen die we doen is dat heel vermakelijk. Ja, er moet serieus getraind worden en dat gebeurt ook wel, maar er wordt wel echt veel gelachen. Ik denk dat hij steeds beter voelt wanneer de groep het serieuze stukje en ook het plezier stukje nodig heeft. Het klikt goed.
Daan: Hij heeft de groep natuurlijk ook eerst moeten leren kennen en is met een bijzondere intentie hierheen gekomen. Hij zag het verhaal over de zondag afgelopen januari en heeft dat aangegrepen omdat hij er iets aan wilde doen. Dat is een mooie gedachte. Het maakt dat je al een band met elkaar hebt voor dat je begonnen bent. Dat gaat zich langzaam uitbetalen.
Mauro: De resultaten hebben natuurlijk nog niet echt meegezeten en dan worden er ook nog jongens weggestuurd. Dan denk je van buitenaf al snel dat het allemaal zuur is…
Daan: … ik kan me dat best voorstellen. Je staat ook nog eens ergens onderin op de ranglijst. Loopt het wel? Denk je dan vanaf de zijkant. Is er wel een klik met de trainer? Ik denk dat we namens de groep spreken als ik zeg dat dat die dingen echt geen issue zijn. Wij staan er positief in. De trainingen gaan nu lekker en de resultaten, daar moeten we zelf voor zorgen.
Mauro: Je zou het misschien niet zeggen, maar Igor is echt af en toe heel grappig. Vooral tijdens de wedstrijdbesprekingen. Zijn verhalen daar brengt hij op een hele leuke manier.

Hoe ligt Mauro in de groep?
Daan: Uitstekend. Hij is natuurlijk samen met Boudewijn aangesteld als aanvoerder. Ik denk dat hij iemand is in de groep die met iedereen goed kan opschieten. Hij kende de nieuwe jongens ook bijna allemaal al. Hij verdient het om zo’n rol te krijgen na de drie jaar ervaring die hij heeft opgedaan, ook binnen de groep. Mauro laat zich ook steeds meer gelden in de wedstrijden. Dat is een positieve ontwikkeling. Hij groeit steeds meer in een leidende rol.
Mauro: Er wordt iets van me gevraagd. Dat probeer ik dan ook. Ik weet niet wat goed is en wat fout is. Want voor een leidende rol heb je geen handleiding. Ik probeer jongens steeds meer op een bepaalde manier toch een beetje te sturen. We proberen met een paar jongens een blok te vormen om iedereen één kant op te krijgen. Het is lastig, maar het begint bij meer jongens langzaam te komen.

Wat is Mauro’s grootste verbeterpunt?
Daan: Het is al veel minder voor dan vorig jaar, toen hij nog wel eens zijn koppie naar de anderen binnen lijnen verloor. Soms merk je dat hij zich wel nog steeds irriteert aan de scheidsrechter of tegenstander. Dat kan nog veel beter en in zijn positie in de as kunnen we hem ook niet missen, dus het is belangrijk dat hij zich daar niet door laat afleiden.
Mauro: Daar heb je wel gelijk in. Het moet nog beter. Naar mijn teamgenoten is het in ieder geval al een stuk minder, want dat had ik in het verleden ook nog wel eens. Nu is het vooral nog met de scheids. Ik kan me daar nog steeds aan ergeren.

Vind je niet dat Mauro ook heel erg gek is op kunstgras? Die ligt toch behoorlijk vaak op de grond. Vaak schreeuwt ’ie het ook nog uit ook, maar hij gaat er zelden geblesseerd uit.
Daan: Wat? Gek op kunstgras?! Haha ja! Hij herstelt wel steeds razendsnel. Gooi een beetje Lourdes-water van Joyce (de verzorgster red.) op zijn ruggetje er dan is er niets meer aan de hand.

Hoe ligt Daan in de groep?
Mauro: Daan, dat durf ik wel te zeggen, ligt als een van de beste in de groep. Hij wordt geaccepteerd door iedereen. De ideale schoonzoon. Hij heeft alleen nog steeds geen vriendin, dus daar moeten we ook maar eens naar op zoek. Nee haha, je kunt er weinig op aanmerken. Altijd aanwezig en zijn inzet is top. Het is een voorbeeld voor de groep over hoe je je moet opstellen. Dat is zijn kwaliteit ook. Het lijkt alsof hij nooit chagrijnig is, hij is altijd vrolijk.

Wat is Daan’s grootste verbeterpunt?
Mauro: Hij mag nog wel wat harder zijn in het algemeen. Ook in het veld. Hij is niet te aardig, maar ik weet dat hij zich soms in houdt. Daan moet iets doen waar hij zich goed bij voelt, anders doet hij het niet. Als ik bijvoorbeeld een afspraak in het veld niet nakom of niet luister, dan mag Daan daar iets van zeggen. Hij is zo iemand die het dan pas in de rust zegt. Dat is heel netjes, maar dat moet ook gewoon in het veld kunnen. Dat is zijn goed recht, maar misschien voelt dat nog niet zo goed. Toch denk ik dat hij dat vaker moet proberen, want ik denk wel dat hij zich meer kan laten gelden. Voetballend was Daan vroeger vaak te lief, maar dat is nu veel minder zo. Hij heeft zich al heel erg ontwikkeld. Buiten het veld blijft hij wel lief. Anders komen de meisjes natuurlijk niet. Haha!

Jullie tegenstander van morgen, Vreeswijk, heeft pas drie punten. Zo’n laagvlieger dus. De sfeer is goed na de laatste twee wedstrijden, maar we spelen thuis. Wat kunnen jullie als groep doen om zondag net zo op te staan en net zo de wedstrijd in te gaan als tegen APWC?
Daan: Sowieso donderdag eerst maar eens een goede veldtraining. Zorgen dat iedereen er is en dat we elkaar flink oppeppen. Alles ook serieus oppakken en elkaar corrigeren als er iemand loopt te lanterfanten. Voor de wedstrijd denk ik dat het in kleine dingen ligt. Voor VVZA thuis zei jij (knikt naar Mauro) dat we maar eens een keer geen muziek moesten draaien voor de wedstrijd. Normaal doen we dat altijd, maar het idee was om dan ook al met meer focus om te kleden zo dat echt vroeg de knop al omgaat. Anders ga je toch wat frivool een warming-up in. Gewoon een kwartier eerder komen, is ook zo’n voorbeeld. Dan ben je op tijd écht met de wedstrijd bezig.  
Mauro: Klopt. Individueel denk ik dat wij sowieso veel meer zijn gaan praten. Jij (tegen Daan) praat sowieso veel meer dan twee jaar geleden. Ik zelf ook, zeker met de groep. Je probeert je op te stellen, niet zozeer als een leider, maar als iemand die het wilt proberen om de groep en zeker de wat onervarenere jongens mee te krijgen. We zijn misschien zelf ook nog jong, maar we voetballen al vier jaar in de zondag 1. Die ervaring moet je proberen te delen omdat je van elkaar kan leren. Zondag is zo’n wedstrijd die een valkuil kan zijn. Dat gaat het nu niet worden. We moeten op vrijdag al denken: Zondag tegen Vreeswijk, die gaan we opvreten. Daar ligt voor ons als meer ervaren spelers een rol. Wij moeten onze teamgenoten triggeren en een beetje prikkelen. Het gevoel moet gaan leven, zoals het gevoel ging leven tegen VVZA en APWC. We moeten alles eruit gooien in de laatste thuiswedstrijd van 2017!
Daan: We hebben natuurlijk vertrouwen getankt in de laatste twee wedstrijden. Dit is zo’n moment dat we echt aan onszelf en aan iedereen kunnen bewijzen dat we ook kunnen knallen tegen een ploeg die laag op de ranglijst staat. Wij moeten laten zien dat we het teamgevoel, de spirit en het harde werken kunnen opbrengen. Laat zondag maar komen!

Info

Daan Vis (22 jaar)    Mauro Miguel Paulo (22 jaar)
* Bij Roda sinds: 1e jaars B (8e seizoen)    * Bij Roda sinds: 1e jaars A (6e seizoen)
* Woont al zijn hele leven in Soesterberg            * Woont in Amersfoort vanaf zijn 10e, maar geboren in Angola.
* Hiervoor actief bij ’t Vliegdorp    * Hiervoor actief bij Cobu Boys en IJsselmeervogels.

* Bezig aan zijn Master ‘Ruimtelijke Ordening' aan de universiteit Utrecht

  

* Werkt als 2,5 jaar bij Holland Dairy Star in Amersfoort.

     * Start in februari met een opleiding logistiek supervisor.



Tekst en interview: Marc Mispelblom
Foto’s : Frits van Ginneken